home | het wilde oog | architectuur | beeldende kunst | performance | vormgeving |
beuys
| projecten | contact

het wilde oog in de pers

Poseren voor Rietvelds zomerhuis in klederdracht.

 Almere. Ietwat onwennig zitten ze tegenover elkaar. De Spakenburgse vrouwen Corrie (1924), Hendrikje (1936) en Wijmpje (1939) Koelewijn, en een aantal leeftijdgenoten uit het Almeerse Zorgcentrum De Overloop. In de tentoonstellingsruimte van Corrosia/CBK Flevoland hebben ze elkaar getroffen voor koffie met bakhart, een Spakenburgse ‘geboortekoek’. Op een wit zeil heeft iedereen zojuist een persoonlijke ‘schat’ neergelegd. Waarom is het zo moeilijk van deze toch gewone voorwerpen - een mok, een beschilderd doosje, een opgezet beest- afstand te doen?

Het lijkt wel Tussen kunst en kitsch, maar geleidelijk komen in alle onhandigheid en directheid prachtig kwetsbare verhalen los, vaak over overleden dierbaren. De Spakenburgse dames hebben hun bruidskleed meegenomen. Rok en schort zijn bij het trouwen altijd zwart, vertellen zij met herleefde trots. ‘Heel chique’.

Met deze rituele ‘performance voor senioren’ begon zaterdag de expositie SPKNBRG limited edition. Hans Lemmerman en Inge van Run van ‘theateratelier’ Het Wilde Oog werken aan een beeldarchief over het Spakenburgse erfgoed. De (schoon)zusjes Koelewijn behoren tot de driehonderd laatste klederdrachtdragers van het dorp. Liefdevol wijst Hendrikje langs een muur vol ‘kraplappen’, de kartonstijf gesteven kappen voor op de schouders. Het is hun ‘sieraad’- kleurig voor de niet-rouw, lichtpaars voor de lichte rouw en donkerpaars voor de zware rouw. Haar donkere kap draagt ze al meer dan drie jaar, voor haar overleden man. Hendrikje:’Ik voel me erdoor gesteund. Rouw is in Spakenburg altijd zichtbaar.’

De foto’s en films van Het Wilde Oog zijn niet puur documentair, maar hebben ook tot diverse autonome kunstwerken geinspireerd. Lemmerman:’De Spakenburgse vrouwen zijn gestolde geschiedenis en wij zetten die in beweging.’ Na een korte pauze: ‘Eigenlijk zijn zij avant-garde, de Marina Abramovic, van Spakenburg. Ze zoeken vrijheid en gooien daarvoor hun identiteit, hun kleding dus, in de strijd.’

Niet iedereen in Spakenburg vindt het leuk wat hun dorpsgenoten buiten de deur uitspoken. Maar de Koelewijns genieten met de dag meer. Met elke nieuwe uitnodiging van Het Wilde Oog begint hun volgende dagje uit. Ze poseren voor Rietvelds zomerhuis of, zoals nu, gaan na de koffie, ‘wildplakken’. In een betonnen onderdoorgang bij de supermarkt om de hoek. Ook de foto’s daarvan zullen straks weer ergens hangen.

Op een groot geprojecteerde film zien we in een loop hoe zij en de andere twee een stapel servies telkens weer uit de handen laten glijden. Zomaar, ogenschijnlijk onaangedaan. De opnames werden gemaakt in de voormalige dekenfabriek van Aabee, vroeger alom bekend. Wijmpje:’Toen ik daar stond en dat porselein moest laten vallen, voelde dat triest. Alles ging daar verloren. Net als wij.’

 

Volkskrant, Mirjam van der Linden, 3 juli /2008     

terug naar pers | terug naar SPKNBRG